Orinocodolfijn Inia Geoffrensis
Amazon River Dolphin / Boto
Orinocodolfijn
Leefgebied: Zuid-Amerika
Status: Onzeker (DD)

Wist je dat...
  • De Orinocodolfijn heeft het grootste verspreidingsgebied van alle rivierdolfijnen;
    De dolfijn kan slecht een paar minuten onder water blijven en duikt niet dieper dan 5 m;
    De boto voedt zich met minstens 50 verschillende vissoorten;
    Boto's worden in het wild gemiddeld 30 jaar oud;
    De enige Orinocodolfijn in gevangenschap bevindt zich in Zoo Duisburg, Duitsland, vlakbij de Nederlandse grens;
    Volgens de legendes van de inwoners van het Amazonegebied is de Orinocodolfijn de beschermer van de Amanzonelamantijn (Trichechus inunguis).

Informatie:

De Orinocodolfijn of boto is de grootste en meest waargenomen rivierdolfijn. Hij komt voor in de rivierbekkens van de Orinoco (in Colombia en Venezuela) en de Amazone (in Peru, Ecuador, Colombia en Brazilië).

Hij valt op door zijn rozige kleur en wordt dan ook wel roze bruinvis, roze dolfijn of, foutief, Amazonedolfijn genoemd. De kleur varieert echter met de omstandigheden, de leeftijd van het dier en individuele kenmerken. Sommigen zijn blauwgrijs, anderen lijken bijna egaal wit; jonge dieren hebben steeds een grijze tint. De boto is de grootste rivierdolfijn (mannetjes 2 tot 2,7 m, vrouwtjes 1,5 tot 2,3 m) met een lange, smalle snuit, brede borstvinnen, een bol voorhoofd en een bult in plaats van een rugvin. Zijn uiterlijk doet bijna 'lomp' aan en zijn grote, gevulde wangen kunnen zijn zicht tijdens de jacht belemmeren. Vermoedelijk zwemt hij daarom zo vaak op zijn rug. Verder heeft hij kleine, slecht ontwikkelde ogen en opvallende ooropeningen. Een opvallend verschil met andere dolfijnen is dat de halswervels niet met elkaar vergroeid zijn waardoor er nog een duidelijke hals waarneembaar is. De huid van de rivierdolfijn voelt niet zo stug aan als bij de hoger ontwikkelde dolfijnen, maar eerder zacht. Ze hebben ook niet die typische torpedovorm als de meeste andere soorten.
Zowel de boven- als onderkaak zijn uitgerust met 20 tot 35 paar tanden. Deze vooraan in de snuit zijn scherp en puntig, ideaal om prooien te grijpen, terwijl deze achteraan platter en meer knobbelig zijn. Deze zijn meer geschikt voor het kraken van harde dingen, zoals het schild van een schildpad.

De Orinocodolfijn wordt meestal alleen of in groepen van twee gezien, maar in het droge seizoen als het rivierwater laag staat of als er veel voedsel is, kan men hem ook in groepen van 10 tot 15 individuen waarnemen.
De boto is een viseter die voornamelijk in troebel water leeft. Voor het vangen van voedsel worden de kleine ogen nauwelijks of niet gebruikt. De dolfijn vertrouwt tijdens de jacht volledig op zijn gehoor (echolocatie).

Na een draagtijd van 11 tot 12 maanden wordt één jong geboren. De navelstreng is zeer lang en breekt pas nadat het jong voor het eerst heeft ingeademd. De jongen zijn bij de geboorte vrij groot in verhouding met de moeder, 70 tot 80 cm. En in tegenstelling tot de meeste dolfijnen, kunnen de jongen reeds vanaf de geboorte goed zwemmen. Het moederdier is vaak al opnieuw drachtig voordat het kalf gespeend is.

De intelligente van de Orinocodolfijn werd pas vanaf de jaren '80 grondig bestudeerd. Wetenschappers zijn tot de conclusie gekomen dat hij niet in staat is om kunstjes te leren zoals een tuimelaar (Tursiops truncatus) en dat hij weliswaar sociaal en emotioneel ontwikkeld is, maar duidelijk niet zo goed als andere dolfijnensoorten. Toch wordt ook hij als een zeer intelligent dier beschouwd.

De enige Orinocodolfijn in gevangenschap is Baby, een mannelijk exemplaar van 38 jaar oud. Hij werd op 19 maart 1975 gevangen in de Orinocorivier en op transport gestuurd naar Europa. Op 1 juni 1975 kwam hij aan in Zoo Duisburg, waar hij nog steeds te bewonderen is in de tropische hal, Rio Negro.

Te zien in...
  • Zoo Duisburg (DE)

Foto's

Free web hostinguCoz